dinsdag 26 mei 2020

GODSIE START

GODSIE, een website voor hen die de bijbel letterlijk lezen en ook voor hen die op zoek zijn naar tegenstrijdigheden in de bijbel.

Dat woord gebruik je nogal eens als er iets misgaat. Het is een zogenaamde basterdvloek.
Van sommige mensen mocht je zelfs dat niet zeggen. Echt vloeken zoals godverdomme was en is helemaal ongepast. Het klinkt dan ook niet zo beschaafd en het gebruik is daarom af te raden. Maar als je eens echt kwaad bent of moedeloos dan uit je je maar.
Een gelovige christen reageert meestal geschokt of geërgerd als hij iemand hoort vloeken.
De bond tegen het vloeken windt zich enorm op als iemand gaat vloeken.
http://www.bondtegenvloeken.nl/

Geleerden hebben uitgezocht dat vloeken voor- en nadelen heeft.
https://www.quest.nl/artikel/10-dingen-die-je-nog-niet-wist-over-vloeken-en-schelden

Ook de NTR heeft een documentaire over vloeken vervaardigd; http://www.schooltv.nl/weekjournaal/onderwerpen/item/3746149/vloeken/

In het oude Testament komt het woord "vloeken" 22 keer voor, allemaal in het O.T.:
http://www.statenvertaling.net/concordantie/v/2077-1.html
De eerste keer dat het gebruikt wordt is opmerkelijk: Exodus 22:28 "De goden zult gij niet vloeken, en de oversten in uw volk zult gij niet lasteren." Helaas wordt er niet vermeld wie die goden zijn.
In het N.T. komt het woord niet voor.

De oorspronkelijke betekenis van het woord is slaan, een wegwerpgebaar maken. (J.de Vries/ F.de Tollenaere).

Niemand beter dan mevrouw Philippa (Etymologiebank) kan uitleggen wat godverdomme betekent en waar het vandaan komt. http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/godverdomme

Abonneren op: Posts (Atom)

donderdag 28 juli 2016

Psalmen

Psalmen

^{S.V. Psalm 9: 17} (9:18) "De goddelozen zullen terugkeren, naar de hel toe, alle godvergetende heidenen."

Hier blijkt dat men de hel kan verlaten om er eventueel later weer terug te keren. (?)

^{S.V. Psalm 15: 5} "Die zijn geld niet geeft op woeker, en geen geschenk neemt tegen den onschuldige. Die deze dingen doet, zal niet wankelen in eeuwigheid."

Wordt helaas zelden nageleefd.

dinsdag 26 juli 2016

Diversen

Paulus

Handelingen 7:9: "De mannen die bij hem waren hoorden wel de stem, maar zagen niemand." Handelingen 22:9: "En zij, die met mij waren, zagen wel het licht, maar de stem van Hem, die tot mij sprak, hoorden zij niet." Hoe kan dit?

In Handelingen 7:58 wordt Paulus (Saulus) voor het eerst genoemd bij het stenigen van Stefanus. Hij paste op de mantels. Stefanus stond bekend als een zeer vrome man. In zijn brieven heeft Paulus nooit met één woord over dit voorval gerept, laat staan zijn spijt betuigd. Dat is wel heel merkwaardig!

In Handelingen 22:3 vertelt Paulus in Jeruzalem te zijn opgeleid bij Gamaliël, de Farizeeër. Dat was net in de tijd dat Jezus optrad in Jeruzalem, er gevangen en gekruisigd werd. Paulus vertelt hier nooit iets over in zijn brieven. Hij was als het ware getuige.

In Handelingen 9 wordt beschreven wat Paulus meemaakte op weg naar Damascus. Hij zou blind geworden zijn, omdat hij de volgelingen van Jezus vervolgde. Toen bekeerde hij zich. Het was een heftig moment in het leven van hem. Echter nooit in zijn brieven heeft hij deze gebeurtenis vermeld. Wel zegt hij één keer dat hij vroeger Christenen vervolgd heeft. De brieven zijn eerder geschreven dan het boek Handelingen. Toen was Paulus al dood. Zou het kunnen dat de schrijver van Handelingen, Lucas, dit verzonnen heeft om het verhaal dramatischer te maken?
In 1 Corinthiërs 15 doet Paulus alle moeite om de Corinthiërs ervan te overtuigen dat er een opstanding ma de dood mogelijk is. Hij rept echter met geen woord over de opstanding van Lazarus, het dochtertje van Jaïrus, laat staan de massale opstanding zoals beschreven in Matthéüs 27. Dat was toch een ongekende gebeurtenis zou je zeggen. Hij moet daar toch iets over gehoord hebben, want hij was in die tijd in Jeruzalem om te studeren bij Gamaliël. Bovendien had hij ook contact met Petrus, Jacobus en andere discipelen.

maandag 11 juli 2016

Samuel

Samuel

In 1 Samuel 17:54 staat dat David het hoofd van Goliath naar Jeruzalem bracht. Dat klinkt vreemd, want Jeruzalem was op dat moment niet in handen van Israël, maar in die van de Jebusieten.

Leviticus, Numeri

Leviticus, Numeri

In Numeri 22:5 staat dat Bileam woonde in Petor aan de rivier (de Eufraat). Na zijn mislukte opdracht om Israël te vervloeken keert hij daarheen terug (24:25). Dan lezen we in 31:8 dat hij ineens bij de Midianieten behoort en gedood wordt.
In Numeri 23:19 staat dat God geen berouw kan hebben. In Genesis 6 staat dat het hem berouwt dat hij de mens op aarde gemaakt heeft. In Richteren 2: 18 > Als de Heer hun dan richters verwekt had, was de Heer met den richter en redde hen uit de hand hunner vijanden zolang die richter leefde; omdat de Heer berouw kreeg door hun gekerm vanwege hun verdrukkers en vertrappers.
1 Kronieken 21: 15 > Ook zond God een engel naar Jeruzalem om dat te verdelgen, maar zodra hij daarmee begon, zag de Here het, en het onheil berouwde Hem; Hij zeide tot de verderfengel: Genoeg! Laat nu uw hand zinken. De engel des Heren stond toen bij de dorsvloer van de Jebusiet Ornan.
In Numeri 12:3 staat dat Mozes een zeer zachtmoedig man was. In Exodus 2:11 begint het echter al. Mozes slaat zomaar een Egyptenaar dood die zijn werk deed.
In Numeri 5:1-4 staat dat ieder die melaats is, een vloeiing heeft of een lijk heeft aangeraakt moet worden weggezonden uit het kamp. Wat een vreselijke straf voor ieder die genoodzaakt was een dode af te leggen. Je kon ze moeilijk in de tent laten liggen. Gezien er 3.000.000 mensen in het kamp woonden zal de rand van het kamp kilometers ver weg gelegen hebben. En waar haalden die mensen dan voedsel en water vandaan?
In Numeri 20:13 staat dat Mozes op de rots sloeg en dat er veel water uit de rots stroomde. Er zouden echter wel drie miljoen mensen verzameld zijn ter plekke en nog grote kuddes vee. Hoe in hemelsnaam konden al die mensen in korte tijd hun kruiken vullen en het water verdelen?

donderdag 23 juni 2016

De Bijbel Exodus

EXODUS

In het boek Exodus lezen we het beroemde verhaal van Mozes in het biezen mandje in de Nijl. Mozes wordt opgevoed aan het hof van de farao. Toch blijkt hij nog connecties met Israël te hebben en spreekt hij zelfs de taal en kent hij zijn familie.
In 3:17 lezen we voor het eerst dat God Israël wil leiden naar het land Kanaän, waar echter al tal van andere stammen wonen. Kennelijk moeten die sowieso maar een stuk opschuiven of erger.
In Exodus 7:7 > Mozes nu was tachtig jaar oud en Aaron drieëntachtig jaar, toen zij tot Farao spraken. Aäron is dus drie jaar ouder zou je zeggen. Maar in Exodus 2:1-2 staat dat een man uit het huis van Levi een Levitische vrouw trouwde die vervolgens zwanger werd van Mozes. In vers 4 staat echter zijn oudere zuster op enige afstand om op hem te letten. Ze zal toch minstens 8 jaar geweest zijn. Mozes zou dus de oudste moeten zijn, maar hij is de jongste volgens bovenstaande teksten.
Het is merkwaardig dat Aäron als baby eveneens de dans ontsprongen is en met hem vele duizenden anderen, want het volk Israël blijkt zeer talrijk te zijn.
In vers 22 lezen we dat iedere vrouw van haar buurvrouw en van haar huisgenote goud en zilver en kleding zal moeten vragen. Als we echter Genesis 46:34 lezen zien we dat Israël een apart stuk land kreeg toegewezen, omdat al wat schaapherder de Egyptenaren een gruwel is.
In Exodus 12:37 wordt verteld dat er 600.000 mensen vertrekken uit Egypte, vrouwen en kinderen niet meegerekend. Als we die wel meerekenen zijn het zomaar 2.000.000 (2 miljoen) Israëlieten en nog onbepaalde andere stammen die wegtrekken. Ook gaan er grote kuddes vee mee. Hoe lang zal die stoet geweest zijn? Aangenomen mag worden dat er een soort karavaanpad door het landschap liep. Ernaast lopen zal niet meevallen gezien de stenen en struikgewas. Zo'n stoet kan wel 100 km lang zijn geweest of meer nog. Hoe kan het dan dat het volk bij de Schelfzee angstig achterom kijkt. Dat waren dus degenen die voorop lopen, maar de wagens van farao hadden toen de achtersten allang ingehaald. Later gaat de hele stoet door de Schelfzee. Het pad wordt open geblazen door de sterke oostenwind. Daar moeten ze dus tegenop, over een modderige bodem bezaaid met stenen. En waarom moeten ze eigenlijk bang zijn voor de farao met zijn 600 wagens? Ze waren met honderdduizenden en ook gewapend.
In Exodus 7:3 staat dat God het hart van farao zal verstokken (verharden), net als in 14:4. Het is wel vreemd dat God zelf ervoor zorgt dat de farao Israël wil tegenhouden, vernietigen zelfs.
In Exodus 33:23 staat dat Mozes God slechts van achteren mocht zien, "mijn gezicht mag niemand zien". In Genesis echter lezen we dat Abraham God ontvangt en de maaltijd gebruikt. En in Exodus 24:9-11 staat dat meer dan 70 mensen God zagen en het overleefden.
Als Jozua Amalek verslagen heeft moet Mozes dat opschrijven in een boek(rol). God echter schrijft de tien geboden op de twee stenen tafelen die Hij zelf beschikbaar had gesteld. Naderhand gooit Mozes die kapot en moet Mozes vervolgens zelf twee stenen tafelen houwen en die weer mee naar boven nemen, zodat God die kan beschrijven. Eenmaal aangekomen ontvangt Mozes twee nieuwe tafelen, beschreven door God, maar nu blijkt dat Mozes zelf ook moet schrijven. Dan staat er: "Mozes, schrijf op." (Exodus 34:27 e.v.). Na veertig dagen zonder eten en drinken (!) gaat hij met de twee zware platen weer terug. Maar waarmee zou hij onuitwisbaar geschreven hebben op de ruwe stenen?
In Exodus 6:13-18 staat een geslachtsregister. Daaruit zou blijken dat Mozes de achterkleinzoon van Levi, de zoon van Jacob, was. In Exodus 12:40 echter lezen we dat er 430 jaar verstreken was nadat Jacob en zijn zonen zich in Egypte vestigden. Dan moeten er minstens tien generaties geweest zijn, ook al omdat het volk Israël zich vermeerderde van enkele tientallen naar meer dan 1.000.000 mensen.
In Exodus 6:19 staat dat Amram zijn tante Jochebed tot vrouw nam. In Leviticus 18:12-14 staat dat een man niet de schaamte van de zuster van zijn vader of moeder of de vrouw van zijn vader's broeder mag ontbloten. Achteraf is Mozes dus uit een soort incest huwelijk geboren.

donderdag 16 juni 2016

De Bijbel Genesis

Genesis

De Bijbel is samengesteld uit allemaal aparte "boeken / geschriften" die in de loop van eeuwen geschreven zijn door allerlei profeten en schrijvers. Heel veel geschriften die niet goed bruikbaar waren werden niet opgenomen in het Oude of Nieuwe Testament. Altijd was er een commissie bestaande uit wijze mannen die besliste welk geschrift geschikt was voor de canon = de lijst van geschriften. De Bijbel is voor Christenen een leidraad in hun leven, voor sommigen zelfs absoluut. Voor Joden is alleen het Oude Testament (Tenach) geldig.
Het eerste boek in de Bijbel heet Genesis.
Eerst lezen we over het ontstaan van hemel en aarde met al wat erop leeft. God zou dit alles in zes dagen geschapen hebben. Er staat niet specifiek bij dat hij ook de hel geschapen heeft toen. Verwarrend is dat er eerst twee mensen tegelijk geschapen werden (Genesis 1:26 en 27) en in Genesis 2:7 staat dan weer dat God de mens maakte uit stof der aarde en later de vrouw uit Adams rib. Dat zijn dus twee verschillende versies.
Genesis 3:33; Er staat: "Zie de mens is geworden als één van ons, kennende het verschil tussen goed en kwaad." Het is raadselachtig wie die "ons" zijn. Ook is het vreemd dat de mens nu ook opeens niet meer mag eten van de boom des levens.
Adam en Eva waren verzamelaars en misschien ook jagers. Kaïn wordt gelijk al akkerbouwer en Abel veehouder / schaapherder. In Genesis 4:7 is er voor het eerst sprake van "zonde". Om de een of andere reden worden de vruchten van het veld afgewezen en een dieroffer geaccepteerd door God. Helaas zullen we nooit weten wat daar de reden voor is. Jammer voor de vegetariërs :).

In Genesis 4:14 gaat Kaïn op de vlucht en plotseling moet hij vrezen voor zijn leven, want er zijn andere mensen die hem kwaad zouden kunnen doen. Ook blijkt er al een vrouw voor hem aanwezig.
Verderop in Genesis 4 lezen we dat er al een stad gebouwd wordt en dat er een smederij wordt gebouwd.
In Genesis 6: 1-5 lezen we over reuzen en over de zonen van God. Het is onbekend waar die vandaan zijn gekomen. Ze begeren de menselijke vrouwen en dat mag dan weer niet kennelijk en de mensen krijgen de schuld en moeten daarom vernietigd worden op Noach c.s. na. En in vers 12 lezen we dat alles wat leeft zelfs verdorven was. Er zal een enorme vloed komen die alle leven op aarde zal vernietigen. Vraag is dan wel, waar al dat water vandaan moet komen als het hele oppervlak bedekt moet worden. Of moeten we meer denken aan een wereldwijde tsunami? In elk geval moet Noach die ark gaan bouwen. Een enorme klus, zelfs als hij hulp heeft gehad van in elk geval zijn zonen. Ook moet er voldoende water en voedsel voor de dieren voor minstens vijf maanden mee. In die vloed kwam ook Methusalem om het leven, die Adam nog gekend moet hebben. Grote vraag blijft natuurlijk hoe al die dieren de ark bereikt hebben en hoe lang het duurde voor alles aan boord was.
In Genesis 6:3 staat dat de dagen van de mens voortaan 120 jaar zullen zijn. Maar het blijkt dat ook de mens van na de zondvloed nog honderden jaren oud kan worden. Zie Genesis 11 > Terach wordt 205 jaar.
In Genesis 31 is er voor het eerst sprake van afgoden / huisgoden. Zij zullen nog vaak opduiken. Vraag is: Waren dat bestaande wezens die wedijverden met de God van Adam c.s., zoals de zonen van God uit Genesis 6:2 of hebben de mensen die afgoden bedacht? Wel is het zo dat zowel God de Here als de afgoden op dezelfde wijze geëerd worden, namelijk door offers en door gebeden. Overigens staat er pas in Leviticus 19 iets te lezen over afgoden.
In Genesis 12 en 20 wordt duidelijk dat Sara de halfzuster van Abram is. Zij hadden dezelfde vader, namelijk Terach. In Leviticus 18:9 staat dat men niet met zijn (half)zuster mag trouwen.
In Genesis 18:2-33 lezen we dat God in een menselijke gestalte zich aan Abraham vertoont.